Hel van Mergelland is rood omcirkeld

Tour de Romandie 2011, 1e etappe. Foto: Martigny/Leysin

Hij is pas tweedejaars prof. Een laatbloeier. Maar Joost van Leijen stelt zich wel grote doelen. De wielrenner van Vacansoleil koerst altijd en overal om te winnen. 

Ze noemen hem bij Vacansoleil ook wel The Caveman. Niet omdat hij bebaard is of spreekt als een Neanderthaler. Nee, omdat hij altijd zo graag thuis zit. De bijnaam geeft natuurlijk een vertekend beeld. Joos van Leijen (26) reist voor zijn sport juist de hele wereld over. In januari in Spanje voor een trainingskamp, vervolgens in Australië voor de Tour Down Under en daarna Frankrijk voor de Ronde van de Middellandse Zee en België voor Kuurne-Brussel-Kuurne.

“Maar mijn collega’s zien het anders”, haalt de renner zijn schouders op. “Als we met de ploeg wat gaan doen, ben ik er vaak niet bij. Ik zeg nogal eens af.”

De geboren Ewijkenaar woont sinds drie jaar in Maastricht. Niet voor de stad, maar puur voor het fietsen. “Je kunt hier alle kanten op. Limburgs Heuvelland, de Belgische Ardennen en in Duitsland naar de Eifel.”

“Ik kom uit dezelfde lichting als Matti Breschel en Thomas Dekker. Ik was niet echt een trainingsbeest, maar ik heb ook pech gehad met mijn gezondheid”

Andere renners in zijn omgeving zoeken elkaar op om te trainen, Van Leijen gaat ook hier het liefste alleen. “Ik rijd niet vaak in groepjes mee”, legt hij uit. “Ik ga alleen geregeld met mijn trainingsmaat, Tom Leezer van de Rabo-ploeg, op pad. In een groepje zit je in de wielen, dan kun je volgens mij niet optimaal trainen. Ook willen ze nog wel eens stoppen, ergens een kop koffie doen of naar de bakker gaan. Dat doe ik liever niet. Al word ik er steeds beter in. Ik moet zeggen, bij een training van zes uur doet de bakker wel deugd.”

In Ewijk, zijn echte thuis, komt hij nog slechts één of twee keer per maand. Van Leijen voelt zich nog steeds verbonden met zijn geboorteplaats. “Ik houd ook van de regio. Ik wil er zeker terugkeren. Waarschijnlijk is dat aan het einde van mijn carrière.”

Op de fiets komt Van Leijen tot bloei. Hij is telg uit een wielrennersgeslacht. Zijn opa heeft gekoerst, zijn ooms ook. De profrenner is besmet door zijn twee oudere broers. “Ik wist al snel niet beter. Ze gaven me een fiets en ik ging erop fietsen.”

Waar zijn twee broers het niet redden, is Van Leijen doorgebroken. Maar niet zonder slag of stoot. “Ik kom uit dezelfde lichting als Matti Breschel (Rabo-ploeg, red.) en Thomas Dekker. Ik was niet echt een trainingsbeest, maar ik heb ook pech gehad met mijn gezondheid. Telkens gebeurde er wel weer iets.”

“Ik kies liever voor kleine wedstrijden, of in ieder geval geen Pro Tour. Ik ga liever voor mijn eigen kans”

Van Leijen heet daarom een laatbloeier. Pas twee jaar geleden viel hij echt op. Hij reed op het NK na een lange ontsnapping verrassend naar de derde plaats. Vacansoleil legde hem nadien een contract voor. In zijn eerste jaar als prof boekte Van Leijen direct zijn eerste profzege. In de Münsterland Giro versloeg hij zijn medevluchter in de sprint. Ook zat hij in de lange vlucht van de Ronde van Vlaanderen en hij reed Parijs-Roubaix uit. Niet slecht voor een eerstejaars prof.

Toch is Van Leijen niet helemaal tevreden. “Telkens als ik tegen mijn topvorm aan zat, ging er wel weer iets mis”, vertelt hij. “Voor mijn gevoel heb ik me in dat eerste jaar nooit helemaal kunnen tonen. Zelfs niet toen ik won.”

Vacansoleil komt dit jaar uit in de Pro Tour. “Het programma is dus groter geworden, maar dat geldt ook de ploeg. Alles wordt groots aangepakt. Inclusief de materialen en de verzorging.”

In een kwalitatief sterker team zet Van Leijen meteen hoog in. “Ik wil meer dan één overwinning halen en korte klasseringen rijden in de grote koersen.”

De zege telt. En daarom laat Van Leijen klassiekers desnoods links liggen. “Ik kies liever voor kleine wedstrijden, of in ieder geval geen Pro Tour. Ik ga liever voor mijn eigen kans.”

De laatbloeier wil wel graag een grote ronde rijden. Daarbij denkt hij in eerste instantie aan de Ronde van Spanje. “Maar voor hetzelfde geld rijd ik heel goed en mag ik mee naar de Tour. Er kan nog zo veel gebeuren. Ik ben meer bezig met het voorjaar, de rest is voor later. Maar ik heb er wel vertrouwen in. Niet dat ik de Ronde van Frankrijk zal rijden, maar in ieder geval een grote ronde.”

Eén datum staat intussen al enige tijd in de agenda van de Ewijkenaar met rood omcirkeld. “In de buurt van Maastricht heb je De Hel van het Mergelland. Die koers is waarschijnlijk de zwaarste in Nederland. Dat is op 2 april (zaterdag, red.), toevallig dat ik het weet, hè”, lacht Van Leijen. “Ik heb twee jaar geleden mijn vriendin beloofd in die koers de bloemen op te halen. De beste moet daar winnen. En let op: de beste wint daar dus ook.”

Bron: De Gelderlander

Foto: Georges Ménager / CC BY-NC-ND 2.0  

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *