Weening via Mill naar de Giro

Pieter Weening na zijn overwinning in de Ronde van Polen - Foto: Piotr Drabik

Pieter Weening na zijn overwinning in de Ronde van Polen – Foto: Piotr Drabik

Mocht Pieter Weening komende weken weer een etappe winnen in de Giro d’Italia, dan konden er volgend jaar wel eens meer renners naar Mill komen. “Dit verhaal gaat natuurlijk wel rond in het peloton”, zegt de renner van Orica GreenEdge.

De 32-jarige Weening trok als voorbereiding op de Ronde van Italië naar Brabant. Niet ver weg, naar Zuid-Europa, maar naar het Land van Cuijk. Negen dagen lang nam Weening zijn intrek in een van de hoogtekamers van sportcomplex Fitland, waar het verblijf op 2500 meter hoogte nagebootst wordt. “Ik heb wel vaker een hoogtestage gedaan, maar nooit gesimuleerde hoogte. Dit was voor mij dus ook nieuw”, vertelt Weening, die afgelopen zaterdag als een van de zeventien Nederlanders startte in de Giro.

Terwijl landgenoten zoals Achterhoeker Robert Gesink zich de voorbije maand terug trokken in de bergen van het Spaanse eiland Tenerife, fietste de Fries zijn kilometers in de omgeving van Mill. “Doordat ik besloot om de Ronde van Romandië niet te rijden, viel er een gat van twee weken tussen Luik (Luik-Bastenaken-Luik, red.) en de Giro. Ik wilde die periode benutten om nog een paar procenten te winnen. Dat kon met een hoogtestage”, legt Weening uit.

Naar bijvoorbeeld Spanje of Italië gaan, was geen optie, vond hij. “Dan was ik twee dagen kwijt geweest met reizen. Dit is dicht bij huis en dus ideaal.”

Volgens de nieuwste wetenschappelijke onderzoeken is het bovendien beter om je verblijf op hoogte te combineren met trainingen op lager niveau. Dat kan in Mill. Behalve bij een oude vuilnisbelt gaat het er nergens omhoog. “Het is altijd leuk om in een andere omgeving rond te rijden. Ik heb een kaartje bij me, maar meestal fiets ik gewoon ergens heen, dan zie ik daarna wel hoe ik terugkom.”

 “De eerste dagen ondervind je meer nadelen dan voordelen van een hoogtestage. Ongeveer na een week merk je het effect. Door de aanmaak van meer rode bloedlichaampjes krijgt je lichaam een soort van extra turbo”

De grootste ‘bergketen’ die Weening tijdens zijn trainingskamp tegenkwam was de Zevenheuvelenweg in Groesbeek. In de Ronde van Italië zijn de obstakels van een ander kaliber. Vooral volgende week en in derde week van de koers staat er een aantal serieuze bergritten op het programma, met onder meer passages over de legendarische Col du Galibier, Passo di Gavia en Passo dello Stelvio. Daar wil de Fries op zijn best zijn. “De eerste dagen ondervind je meer nadelen dan voordelen van een hoogtestage. Ongeveer na een week merk je het effect. Door de aanmaak van meer rode bloedlichaampjes krijgt je lichaam een soort van extra turbo.”

Toen hij in de Tour de France van 2005 de etappe naar Gerardmer won, werd Weening een grote toekomst voorspeld als ronderenner. Dat is er nooit helemaal uitgekomen, maar behalve de laatste Nederlandse etappewinnaar in de Tour is Weening ook de laatste landgenoot die in de Giro een rit won. In 2011 kwam hij solo aan in Orvieto, na een etappe die deels over onverharde wegen voerde. Die zege leverde hem de roze leiderstrui op. De nuchtere Fries, die vorig jaar vanwege een blessure ontbrak in Italië, wordt echter niet sentimenteel van zijn terugkeer in de laars. “Het is gewoon een koers als alle andere. Het is bovendien een ander rondje dan in 2011. Ze delen alleen hetzelfde shirtje uit.”

Dat wil niet zeggen dat hij zonder ambitie startte. Dagsucces is dit jaar opnieuw het doel. Voor hemzelf of een van zijn ploegmaats van Orica GreenEdge. “De eerste week is voor de sprinters”, zegt Weening. “Ik moet daar ook mijn werk voor Matthew Goss doen. Hij is onze rappe man. Als ik het etappeschema bekijk, gaat het voor mij pas na de eerste rustdag echt beginnen. Ik mik op een etappe in het middengebergte of misschien een echte bergrit.”

En als hij er eentje wint, dan met dank aan Mill.

Bron: De Gelderlander

Foto: Piotr Drabik / CC BY 2.0

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *